Contact| Colofon| Agenda|
JeugdPsychiatrie

Zoektocht

Angst is een slechte raadgever. Men staat niet langer open voor de werkelijkheid en ziet overal spoken. Vluchten of vechten zijn twee overlevingsmechanismen waarmee angsten hanteerbaar kunnen worden gemaakt. Als vluchten niet helpt en men met de rug tegen de muur staat, kan van alles worden verwacht: een kat in het nauw maakt rare sprongen. Angst is niet gemakkelijk te zien. Kwetsbare plekken worden zorgvuldig verborgen gehouden uit angst (sic) om juist deze kwetsbaarheid te tonen. Kritiek kan dan hard aankomen en als destructief in plaats van als constructief worden beleefd.

Simone is een meisje bij wie op 9-jarige leeftijd de diagnose PDDNOS is vastgesteld. In veel situaties laat zij druk gedrag zien, dat aanvankelijk wordt gezien als een kenmerk van ADHD. Gaandeweg wordt steeds duidelijker dat zij vooral in bedreigende situaties met druk gedrag reageert. En niet alleen met druk gedrag. Kinderen in haar buurt krijgen de meest verschrikkelijke zaken naar het hoofd geslingerd: zij kunnen dood vallen of Simone wil deze kinderen wel vermoorden! Voor de kinderen is dat uiteraard schrikken, zij zien echt niet in welke mate dit gedrag van Simone door angsten wordt gemotiveerd, maar zijn integendeel zwaar onder de indruk van de stoere en krachtige taal die op hen wordt afgevuurd. In de dagbehandeling, waar Simone wordt opgenomen, zijn dit gelukkig niet de enige opvallende gedragingen van Simone en wordt ook een andere kant gezien. Als Simone niet zo gespannen is, heeft zij leuke, creatieve ingevingen en veel humor. Kinderen gaan haar op die punten steeds meer waarderen en voelen zich ook gesteund door Simone wanneer ze zelf in de problemen dreigen te komen. Simone heeft daar een speciale antenne voor en kan heel lief en attent reageren.

Waar de kinderen onder de indruk zijn van de dreigende woorden van Simone, zijn de volwassenen dit van de dreiging die van de moeder van Simone kan uitgaan. De moeder van Simone vecht als een leeuwin voor haar dochter, die zij in allerlei situaties het onderspit ziet delven. Zij eist dat de volwassenen toezicht houden, dat Simone beschermd moet worden. Hoe een halt toe te roepen aan een voortdurend groeiend eisenpakket, waardoor ieder normaal contact onmogelijk lijkt te zijn? Het antwoord wordt gezocht in veiligheid en wel veiligheid voor alle betrokkenen en het daarbij horende vertrouwen. Het vertrouwen tussen moeder en de hulpverlener moet stapje voor stapje worden opgebouwd vanuit een situatie van veiligheid. Bij veiligheid horen grenzen die gerespecteerd moeten worden. Net zoals moeder vraagt om haar grenzen te respecteren, vragen de hulpverleners dit voor hun grenzen en voor de grenzen van het kind. Bij de vele gesprekken hierover met de ouderbegeleider laat moeder steeds meer toe dat over haar angsten kan worden gesproken en vooral over de gevolgen hiervan voor haar leven. Ze komt tot de erkenning dat de angst haar leven zozeer overheerst dat ze aan niets anders meer toekomt. Met steun van de ouderbegeleider gaat ze geleidelijk aan meer activiteiten ondernemen en kan ze de angsten over wat anderen haar dochter aan zullen doen beter hanteerbaar maken.

In deze casus zien we dat we mensen vaak meerdere kanten hebben, problematische en minder problematische, interessante en oninteressante. We moeten mensen niet vastpinnen op probleemgedrag, maar oog blijven houden voor de persoon achter dit gedrag. Mensen zijn in zekere zin ook zelf slachtoffer van het eigen gedrag is en lijden daaraan. Zij zullen deze kwetsbaarheden zorgvuldig verborgen houden en voor geen goud hun zwakheden willen toegeven. Het moment dat mensen in de hulpverlening niet langer met alle macht hun zwakheden verbergen, kan met recht een gouden moment worden genoemd.

Door: Peter van der Doef